Wederom vertellen Molukse ouderen hun verhaal
LUNTEREN – Wanneer bij LSMO het verzoek vanuit het ministerie van VWS binnenkomt voor een gesprek tussen Molukse ouderen en de minister-president, volgen overleg en overwegingen van mogelijkheden.
En vooral speelt de vraag of ouderen dit wel willen. De aanleiding voor deze ontmoeting ligt in de wens om vaker in gesprek te gaan met de Molukse gemeenschap. Het verblijf van 70 jaar in Nederland, afgelopen jaar, is in de voorbereidingsgesprekken ook genoemd. Na het gesprek met de ouderen zal worden bekeken hoe een vervolg gegeven kan worden aan het voornemen van VWS en Algemene Zaken om meerdere ontmoetingen met de Molukse gemeenschap te organiseren.
Na hier en daar gepolst te hebben, bleek dat er nog ouderen zijn, die zeker wel weer hun verhaal willen doen. Verhalen lezen, ze van anderen horen, maakt immers lang zoveel indruk niet als ze te horen van de mensen zelf. En zo kwam het dat dinsdagmiddag, 10 mei jl., minister-president Mark Rutte zes ouderen in de Molukse kerk Bethanië te Lunteren ontmoette. In Lunteren, omdat daar de Molukse kerk, het gebouw van de Molukse Stichting Ana Upu en het seniorenwooncomplex Ajah Bunda aan één plein staan, midden in de Molukse wijk. Een leefomgeving waarin vele Molukse ouderen, nu en in de toekomst, graag oud zouden willen worden.
De oudste dames die aan het gesprek deelnamen waren 92 en 93 jaar. Ze wonen al jaren naast elkaar. Hun echtgenoten zijn lang geleden overleden. Van een van hen, kwam zelfs de vader mee in 1951. De ene tante weet net iets meer te vertellen dan de ander. Hun dochters, zelf ook senioren te noemen, zitten naast hen. Om te vertalen, om aan te vullen en om bij hen te zijn.
Ze weten zich hun eerste jaren nog wel te herinneren: de kou, de kale bomen, de barakken die aan de opeenvolgende oorlogen deed denken, oorlogen waar ze net vandaan kwamen. Nu worden ze omringd door hun kinderen, klein- en achterkleinkinderen.
‘Mijn vader had vele brieven geschreven naar allerlei instanties, had in het KNIL gezeten, was verontwaardigd. Verontwaardigd over de huisvesting in koude barakken. Wij waren toch ook Nederlanders, waarom zo’n ongelijke behandeling’. Dit vertelde een jongere oudere, wel ouder dan 80 jaar is ze. Ze vervolgde:’ Als kind dacht ik, waarom moesten we naar dit land? Wat moeten we hier doen? Maar pap zei ons dat we hier nu eenmaal zijn, dus maak er wat van’. Op de vraag van de premier wat haar vader gezegd zou hebben als hij op haar plek had gezeten, antwoordde ze dat het dan een stevig gesprek zou zijn geworden.
Op dezelfde vraag, kon een oom (81 jaar) met zijn gezichtsuitdrukking aangeven hoe zijn vader zou reageren. Het juiste woord kon hij even niet vinden. Zijn vader sprak weinig, vertelde niet over zijn ervaringen. Wilde zijn kinderen daar niet mee lastig vallen. Maar het vertrek, het ontslag uit militaire dienst, onderweg op de boot, de opvang in kampen. De oom vertelt ook over de bonnen waarmee bijvoorbeeld kleding gekocht kon worden. Maar alleen in bepaalde winkels. En dat met 3,50 gulden per week.
Lees hier de online krant van deze week.