Het verhaal van verzet koerierster Didi Roos: IK SLA NIET DOOR!

Henk de Rooy

LUNTEREN – Het is zaterdagavond 29 september 2023 en in Museum Lunteren wordt het verhaal verteld van verzet koerierster Didi Roos. Het werd een indrukwekkende confrontatie met de moed van de Joodse kinderjuf Rachel Roos en haar verloofde architect Marcel Hertz. Verteller was Sander de Heer en muzikale omlijsting was van Edgar van Asselt.

Lunteren speelde een belangrijke rol in het leven van Didi Roos. Hete was ook aan de rand van dit dorp dat haar werk voor de Ondergrondse abrupt werd beëindigd. Aan het einde van de avond was het Lunteraan Peter Klok, die als zeven jarige buurjongen de arrestatie van Didi van nabij meemaakte.

Het is begin augustus 1942. Op het perron in Rotterdam nemen twee jonge mensen afscheid van elkaar. Het is Marcel die vertrekt naar zijn onderduikadres in Bennekom en afscheid neemt van Rachel met de woorden: Hoelang zal het duren dat ik jou weer zie? 

Een maand eerder, juli 1942, had de familie van Marcel een oproep gekregen om klaar te staan voor transport naar het oosten. Op een dingend advies van de bevriende Martha Nagtegaal doken de beide families vervolgens onder.

De stem van Sander de Heer vertelt de gebeurtenissen inlevend. 

Marcel over het afscheid: Mijn wagon is vol vakantiegangers. En: Didi en ik hebben er geen gedoe van gemaakt. We kusten elkaar.

Rachel (Didi) zou later afreizen naar haar onderduikadres in Lunteren. Soms zagen Marcel en zij elkaar. Het waren korte momenten waarbij het gevaar altijd op de loer lag. 

Het is Didi die op een van deze schaarse momenten met een voorstel komt: We moeten de verloving maar verbreken. Als een van ons sterft, moet de ander verder kunnen gaan.

Dramatische woorden, waarvan haar verloofde niet wil weten.

Didi komt terecht op een zolder met vrijwel geen uitzicht. Slechts door een klein raampje kan zij de lucht en een boom zien.

Dan breekt een van de emotioneelste momenten aan in het leven van Marcel en Didi. Beiden ontvangen een vervalst persoonsbewijs. Dit dankzij leden van de Ondergrondse.

Marcel bericht aan Didi: Ik heb een persoonsbewijs zonder ‘J’. Ik heb het in mijn hand. Ik voel mij Joodser dan Joods!

Didi aan haar Marcel: Ik ben Jodin geworden om dat de Duitsers mij dwongen Jood te zijn. Wij zijn er nog. Wij die er niet meer moeten zijn!

Het is stil in de zaal, waaronder enkele kinderen. De impact van deze beladen woorden moeten nog indalen. Wij die er niet meer moeten zijn!

De stem gaat verder.

Didi was ondergebracht bij Driekus (Flip) van de Pol, een commandant van de Ondergrondse in Lunteren. Nu ze haar persoonsbewijs zonder ‘J’ heeft wil Didi in het verzet: Heeft de Ondergrondse geen mensen nodig? 

Driekus weet niet wat hij hoort en tracht het Didi uit haar hoofd te praten. Het zou veel te gevaarlijk zijn. Didi houdt vol en krijgt de verzekering dat Driekus het bij de Ondergrondse in beraad zal brengen.

Het antwoord komt snel. Driekus tot Didi: Ik zeg maar zoals het is. De meerderheid denkt dat jij door zal slaan bij een arrestatie.

Het antwoord van Didi is kort, krachtig en dramatisch: IK SLA NIET DOOR!

Didi gaat aan het werk als koerierster. Haar onverschrokkenheid en persoonlijkheid maakt haar meer en meer waardevoller voor de Ondergrondse.

Op een dag is Didi aan het werk op het land van de boerderij. Zij hoort iets. Een gebrom in de verte. Vliegtuigen komen over richting Arnhem. Zij ziet stippen, honderden stippen, in de lucht. Parachutisten.

In Museum Lunteren zwelt het geluid aan. Eerst nog nauwelijks hoorbaar, maar dan het dreunen van honderden vliegtuigen. Het is september 1944.

De slag om de Rijnbruggen bij Arnhem (operatie Market Garden) is begonnen. 

Na de verloren slag zwerven er honderden Airborne militairen door de bossen van de zuidelijke Veluwe. Voor deze mannen moeten onderduikadressen komen. 

Aan Didi de taak om ze te vinden.

In de schaapskooi van boer Jansen zitten vijf SS-ers. Gevangen genomen in de chaos van Dolle Dinsdag. Deze nemen oneven redelijk veel ruimte in, want de Ondergrondse heeft 33 airbornes te herbergen.

Wat te doen met de SS-ers, waaronder een Nederlandse? Vrij laten kan niet. Er rest maar één oplossing. De kogel!

Er gaat een schok door de zaal. Iemand doodschieten, vijf nog wel? Wie gaat het doen? Ik? Jij? Jij? Een besluit wordt genomen. De SS-ers worden begraven en hun bezittingen worden bij boer Jansen bewaard in bewaring gegeven. Echter, eind december 1944 gaat de boerderij in vlammen op. De vijf krijgen uiteindelijk een anoniem graf. 

Het is 17 november 1944.

Didi is op weg naar de boerderij van Thomassen aan de Zecksteeg. Een onderhuids gevoel bekruipt haar, maar dan het is al te laat. Zij wordt opgemerkt door de Duitsers en de boerderij binnen gesleurd. Er is een inval gaande. Er is verraad gepleegd, iemand is doorgeslagen.

Op de keukentafel van de boerderij wordt Didi zwaar mishandeld, opdat zij maar zou vertellen wie zij was en wat ze kwam doen. 

Het rauwe, harde Duits van de woedende Duitser knalt, als zijnde kogels, door de zaal van het museum. Er gaat een koude rilling door de toehoorders.

Didi echter, houdt vast aan haar verhaal, dat zij op weg is naar een zwangere vriendin.

Maar zij wist ook dat ze dit niet lang kon volhouden.

Didi verzon een list.

Ze had, om èèn uur, afgesproken op de hoek van Hotel De Pelikaan aan de Roskammersteeg (vroeger Kolensteeg) met een man die een huishoudster zocht. Ze dacht dat hij weleens iets met de Ondergrondse te maken zou kunnen hebben.

De Duitsers gingen mee in haar verhaal en Didi werd als lokaas onder een boom bij De Pelikaan geplaatst.

Wat Didi wist, maar de Duitsers niet wisten: Er zou niemand komen. Ze moest laten zien dat ze gevangen genomen was en zette het op een lopen. De tuin van De Pelikaan in. 

Kogels vlogen om haar heen. Ze werd geraakt in haar linker voet en rechterbeen. Met een geweerkolf wordt zijvervolgens afgeranseld. Didi valt neer. Op dat moment, door een opening in de heg, ontmoeten twee paar ogen elkaar.

Verzetsman Henri Koudijs, afgekomen op de schoten, weet dan genoeg.

Didi keerde terug in Lunteren. Op 9 mei 1945 trouwde zij in het gemeentehuis van Ede met Marcel Hertz.

Samen met haar man en inmiddels twee kinderen emigreerde Rachel Roos in 1950 naar de nieuw gevormde staat Israël waar ze in Holon kwamen te wonen. In 1954 kreeg het paar een derde zoon.

Didi overleed in 1989 toen ze terugkwam van een bezoek uit Nederland, waar de familie-Nagtegaal de Yad Vashem-onderscheiding Rechtvaardige onder de Volkeren ontving.

Lees hier de online krant van deze week.